In de stroom van boeken over oosterse mystiek lijkt de westerse verloren te gaan. Hoe onjuist dit vermoeden is, bewijst Het Geestelijk Hooglied, een gedicht van uitzonderlijk hoge mystieke kwaliteit van westerse origine. De auteur gebruikt deze lyrische parel der poëzie van de Spaanse mysticus Sint-Jan van het Kruis als leidraad in religieuze trainings-cursussen. Dit boek is dan ook ontstaan uit de praktijk van de schrijver, die voor de meest uiteenlopende groepen deelnemers gebedspractica leidt. Het is geen letterlijke vertaling van de oorspronkelijke tekst, maar het geeft bezinnende teksten rondom een sleutelwoord. De taal is direct en eenvoudig en sluit volkomen aan bij het hedendaagse levensgevoel, mede omdat het erotische aspecten niet verdoezelt en politiek engagement niet schuwt. De teksten zijn gegroepeerd rondom een zogenaamd weekschema: voor iedere dag een fragment dat bestemd is voor een morgen- en een avondoverdenking. De bedoeling hiervan vat de auteur aldus samen: "Zo hoop ik Het Geestelijk Hooglied herkenbaar te maken als levensontwerp voor jezelf, als licht in je eigen ervaring, in wat je meemaakt als mens in deze tijd. Al lezend zul je merken dat de nadruk niet ligt op 'bekeren', maar op 'trouw aan jezelf'. Ook aan je falend zelf!"