De bedoeling van dit boek is: in een aantal opstellen een breed publiek bekend te maken met de inhoud van de documenten van het tweede vaticaans concilie.
Met vermijding van alle terminologie die slechts voor de vakman verstaanbaar is, worden de verschillende documenten doorlicht met een bijzondere aandacht voor de opdracht die er voor de postconiciliaire periode in vervat ligt, en voor de perspectieven die zij openen voor de vormgeving aan het christelijk leven.
Gemakkelijker dan door de loutere lezing van de documenten zelf, zal de lezer duidelijk worden welke de belangrijkste gedachten van de verschillende constituties en decreten zijn en in welke zin zij een vernieuwde uitwerking van het geloofsgeheim betekenen.
De medewerkers aan deze bundel behoren tot de beste deskundigen in het nederlandse taalgebied. Velen waren als bisschoppelijk adviseurs of als conciliedeskundige nauw betrokken bij het document, waarop ze nu een toelichting geven.
Bijzondere aandacht verdienen de laatste twee bijdragen gewijd aan 'de andere christenen en het concilie' en aan de stappen die in de verschillende westeuropese landen gezet zijn om de doorwerking van het concilie op gang te brengen.