De geloofsbeleving van vier grote voorgangers uit de christelijke traditie wordt in dit boek, aan de hand van uitvoerige citaten uit hun persoonlijke geschriften (autobiografie, dagboek, brieven), voorgesteld. Twee van hen, Augustinus en Newman, leefden in een tijd toen het geloof in God haast vanzelfsprekend leek. Teilhard de Chardin en Bonhoeffer daarentegen werden door de secularisatie uitgedaagd om aan hun godsgeloof een nieuwe gestalte te geven. Die verschillen in de houding en in de beleving van deze vier. Wat hun gemeenschappelijk is, dat zij hun geloofsontwikkeling hebben beschreven. Daarom kunnen deze getuigen uit het verleden ook voorgangers worden voor al wie op zoek is naar een persoonlijke, eigentijdse geloofsbeleving.